In gesprek: Remco Meijerink en Femke Rientsma
Flevoland barst van het talent, maar hoe zorgen we ervoor dat studenten na hun studie of stage in Flevoland blijven? Hoe bereiden we scholieren, studenten, zij-instromers en medewerkers voor op de beroepen van de toekomst? En hoe zit het eigenlijk met de aansluiting tussen onderwijs en de arbeidsmarkt?
De Board is een echte aanjager. Het gaat om nieuwe initiatieven rondom de toekomstige economische vraagstukken van Flevoland. Alle projecten en activiteiten die we organiseren hebben uiteindelijk het doel de brede welvaart in de regio te versterken.
De Board fungeert als verbinder om organisaties met elkaar te laten samenwerken. Het fungeert als makelaar met een uitgebreid netwerk die partijen met elkaar in contact brengt en houdt. We zoeken partnerships en krijgen input vanuit de ondernemersverenigingen in Flevoland.
Eén van de belangrijkste doelen van de Board is om Flevoland op de kaart te zetten. Het gaat om een onderscheidende propositie, het communiceren van het Flevolandse verhaal, de ambassadeur functie en lobby activiteiten.
Remco Meijerink (voorzitter College van Bestuur ROC Friese Poort en boardlid van de Economic Board van Flevoland) en Femke Rientsma (voorzitter van de Economic Board Flevoland) gaan er met elkaar over in gesprek. Dit doen zij op de locatie van ROC Friese Poort op Urk. En dit is geen toeval. Op Urk wordt namelijk een Maritieme Campus ontwikkeld, mede dankzij de Regiodeal Noordelijk Flevoland.
REMCO: ‘Welkom bij ROC Friese Poort!’
FEMKE: ‘Dankjewel. Ik ben hier op een school waar -als ik het goed heb begrepen- veel ontwikkelingen plaatsvinden. Klopt dat?’
REMCO: ‘Samen met het Berechja College (voortgezet onderwijs) ontwikkelen we een volwaardig opleidingscentrum. Hier kunnen studenten terecht voor een totaalaanbod aan koopvaardij-, binnenvaart en visserijopleidingen. Je kunt hier ook een breed scala aan trainingen en cursussen volgen. Het geeft een geweldige impuls aan de maritieme sector op Urk.’
FEMKE: ‘Kun je uitleggen waarom?’
REMCO: ‘Op Urk hebben we, net zoals elders in Flevoland, behoefte aan goed opgeleid personeel. Maar met de komst van de nieuwe buitendijkse servicehaven groeit ook de vraag naar maritiem technisch personeel. En daar spelen we met ons opleidingscentrum op in. Dit doen we door modern en flexibel onderwijs aan te bieden.’
FEMKE: ‘Modern is jullie onderwijs zeker. Ik heb hier net, voor ons gesprek, al even kennis mee mogen maken. Ik stond 10 minuten achter het stuur van jullie splinternieuwe en hypermoderne simulator. Wat een levensechte ervaring! Onder bruggen doorvaren, grote havens binnenvaren of varen tijdens een storm op volle zee: studenten van ROC Friese Poort op Urk kunnen al deze scenario’s oefenen. Het kan me voorstellen dat jullie (en de studenten en bedrijven in de omgeving) hier heel blij mee zijn.’
REMCO: ‘Door te investeren in het onderwijs leiden we onze huidige studenten beter op, maar trekken we ook nieuwe studenten aan. Van binnen en ver buiten de regio. Jongeren, maar ook zij-instromers of mensen die zich willen omscholen. We willen koploper worden binnen het maritieme onderwijs in Nederland. Dit doen we door modern en flexibel onderwijs aan te bieden. Een ander mooi voorbeeld daarvan is ons nieuwe trainingscentrum, met een inpandig waterbassin. Hierdoor kunnen we in elk seizoen en onder alle weersomstandigheden trainen.’
FEMKE: ‘Hoe belangrijk is de samenwerking met het bedrijfsleven hierin?’
REMCO: ‘Heel belangrijk. De visserij is in beweging. Neem bijvoorbeeld de ontwikkelingen rondom de pulsvisserij, Brexit en windmolenparken op zee. Maar ook het thema duurzaamheid. Hoe gaan we hier mee om en hoe spelen we als onderwijs in op de veranderingen? Daar hebben we ondernemers voor nodig. En ik prijs me ontzettend gelukkig met het feit dat de betrokkenheid van ondernemers op Urk enorm is.’
FEMKE: ‘De aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt is dus goed?’
REMCO: ‘Ja. De tijd dat er onvoldoende werd samengewerkt tussen het beroepsonderwijs en ondernemers ligt ver achter ons. Dit zie je op Urk, maar ook in de rest van Flevoland. Een mooi voorbeeld is de Vrienden van de maakindustrie in de Noordoostpolder. De aangesloten ondernemers denken niet alleen mee hoe de opleidingen eruitzien, ze brengen (door gastdocenten te leveren en mee op te leiden) ook relevante kennis de klas in. Een ander mooi voorbeeld zijn de sectortafels, waaronder de Sectortafel Techniek Flevoland. Deze sectortafel en het bijbehorende schakelteam startten onder andere een oriëntatieprogramma voor mensen die in de techniek willen werken. Dit programma trok een groep van 75 kandidaten.’
FEMKE: ‘Ondanks de coronacrisis zijn er nog altijd beroepen en sectoren met een structureel tekort aan personeel. Techniek is daar een belangrijk voorbeeld van. Maar dit geldt ook voor de zorg. Hier maak ik me best zorgen om. Hoe spelen we hier als Flevoland op in? Hoe gaan we om met het feit dat veel jonge mensen uit Flevoland gaan studeren in Zwolle, Amsterdam of Utrecht en uiteindelijk ook in deze regio gaan werken en wonen? We moeten onze regio zo aantrekkelijk maken dat zij weer terugkomen.
REMCO: ‘Het opleidingsaanbod versterken is hierin belangrijk. Maar óók ervoor zorgen dat scholieren en studenten in Flevoland kunnen stagelopen of een project kunnen doen. Doen ze dit buiten Flevoland, dan is de kans groot dat je ze kwijtraakt.’
FEMKE: ‘Het ontwikkelen en behouden van talent is een belangrijk thema voor de Economic Board Flevoland. Met het project Careerrousel geven we hier een concrete invulling aan. Careerrousel is een collectief Flevolands traineeship waarbij afgestudeerden de kans krijgen bij Flevolandse MKB-bedrijven hun talenten te benutten. En andersom: dat bedrijven talent aan zich weten te binden.’
REMCO: ‘Een mooi initiatief. Het feit dat afgestudeerden kennismaken met verschillende bedrijven, maakt talent wendbaar. Daar is behoefte aan en daar spelen wij op in. We leren studenten een vak, maar zorgen er ook voor dat ze blijvend kunnen inspelen op veranderingen in de sector.’
FEMKE: ‘Dat herken ik. Het is tegenwoordig allang niet meer vanzelfsprekend dat je het beroep van je ouders of grootouders voortzet. De zoon van een visser wordt niet altijd meer visserman. Flexibiliteit is belangrijker dan ooit.’
REMCO: ‘Dit vraagt van het onderwijs dat we ons (inhoudelijk) blijven vernieuwen, aansluiten op de arbeidsmarkt en bijvoorbeeld inspelen op ‘een leven lang blijven leren’. Maatwerk! Bijvoorbeeld door het modulair aanbieden van opleidingen en te zorgen dat er verschillende instroommomenten zijn.’
FEMKE: ‘Je flexibel opstellen en keuzes durven te maken. Veranderingen zijn niet eng. Zelf ben ik ook in Amsterdam gaan studeren en ben ik na mijn studie in het buitenland gaan werken en wonen. Toch ben ik teruggekomen omdat ik gaande mijn leven meer en meer ontdekte dat Flevoland een provincie is waar je niet alleen heerlijk kunt wonen, maar ook prima kunt werken. Het is een unieke provincie: alles wat je hier ziet is door mensen bedacht en biedt nog voldoende ruimte voor aanvullingen en veranderingen. We zijn nog piepjong en er liggen nog zoveel kansen, daar moeten we nog meer gebruik van maken.’
REMCO: ‘Dat is helemaal waar. Flevoland is de provincie van de vernieuwing, innovatie. We zijn hier gewend om vooruit te kijken. De provincie is bovendien overzichtelijk, er zijn maar zes gemeenten. Als het ergens mogelijk is om -met korte lijnen- met nieuwe dingen bezig te gaan is het hier.’
FEMKE: ‘Het maakbare zit in de genen van de polder. Laten we vooral samenwerken, ons flexibel opstellen en verbindingen zoeken. De ontwikkelingen binnen de Maritieme Campus op Urk zijn hier volgens mij een prachtig en aansprekend voorbeeld van.’
Blijf op de hoogte van wat er speelt en schrijf je in voor de nieuwsbrief.
© Copyright Economic Board Flevoland 2023 | Privacy and cookiestatement | Disclaimer